vrijdag 24 juni 2016

Nieuws van het Belgische sabotage- en stakingsfront

SPOORWEG SABOTAGE

Spoornetbeheerder Infrabel heeft klacht neergelegd bij het federaal parket naar aanleiding van een daad van ,,ernstige sabotage” aan de spoorlijn in Bergen (Mons). Saboteurs hadden afgelopen vrijdag (3 juni, red.) enkele bedieningskabels doorgeknipt, waardoor de wissel niet meer functioneerde. ,,Levensgevaarlijk”, klaagt Infrabel. Want: In het ergste geval kan een trein, die over een defecte wissel rijdt, ontsporen. Nog in de loop van de avond had Infrabel de zaak weer hersteld. Op 1 juni jl. vonden er ook al een aantal (ten minste zes volgens officiële cijfers) ernstige sabotage-acties plaats. De onbekende mannen (en vrouwen) van de directe actie geven hiermee kennelijk gevolg aan de oproep (recentelijk via Facebook) om de zelfstandige stakingsbeweging van het spoorwegpersoneel tegen de arbeidersvijandige politiek van de regering-Michel alsmede tegen de provocaties van de spoorwegdirectie te ondersteunen.

+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-

VAN HET STAKINGSFRONT: METALLO’S ACTIEBEREID

De Waalse metaalarbeidersbond MWB (aangesloten bij het FGTB) heeft zich solidair verklaard met de klassekameraden, die nu al weken in strijd staan ter afweer van het offensief van de regering-Michel/De Wever bij de sector van de openbare diensten. De MWB heeft een stakingsaanzegging ingediend, die ,,alle acties dekt tot het einde van het jaar”. Het is nog niet bekend waar, wanneer en hoe lang er precies zal worden gestaakt. De metaalsector in Wallonië omvat ruim 1500 bedrijven met in totaal ca. 45.000 man. Ook hier: ABVV-Metaal doet niet mee. Om commentaar gevraagd wilde de Vlaamse metaalbond slechts kwijt: ,,Wij volgen slechts het ordewoord binnen het centraal comité van het ABVV, dat alleen voorziet in een algemene staking op 24 juni a.s.”

+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-

,,Het sociale klimaat in de bedrijven is verfoeilijk doordat er systematisch gerechtsdeurwaarders worden ingeschakeld, er bij de rechtsbanken klachten worden ingediend en er wordt gedreigd met sancties ten aanzien van de stakers. In deze omstandigheden heeft het nationaal uitvoerend bureau het nationaal secretariaat gemandateerd om een stakingsaanzegging van verlengbare duur in te dienen.” (Uit de circulaire aan de leden van ACOD-Spoor)

+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-


OOK TRUCKERS IN ACTIE

Vanaf zondag (5 juni, red.) ’s avonds zullen de Waalse truckers overgaan tot het opwerpen van wegblokkades aan een reeks van belangrijke grensovergangen. Dit uit protest tegen de kilometerheffing van de kant van de regering-Michel. ,,De chauffeurs hebben er thans écht genoeg van”, aldus het Syndicaat der Zelfstandigen en kmo’s SUDZ/SDI. ,,De actie kan wel eens lang gaan duren.” Gepland zijn blokkades op de belangrijkste toegangswegen vanuit Aarlen, Couvin, Bertrix en Doornik (kruising E429-A8) richting Frankrijk en Luxemburg vanaf 22.00u. Begin april vonden er al gelijksoortige acties plaats bij het in werking treden van de kilometerheffing.


STAAK, BLOKKEER, SABOTEER – DE REGERING-MICHEL MOET VALLEN!

Wk. 22 - Hoogspanningsleiding gesaboteerd In West-Frankrijk hebben ,,onbekende militanten” een sabotage-actie uitgevoerd en daarbij een hoogspanningsleiding vernield. (do. 2 juni jl.) De situatie in Frankrijk begint ondertussen steeds meer de kenmerken te vertonen van die, welke reeds in 2006 door het auteurscollectief van het ,,onzichtbare comité” in <<De komende opstand>> werd beschreven.

Wk. 24 - ,,Onbekende saboteurs” hebben in de vroege ochtend van vrijdag 17 juni jl. enkele treinkabels in brand gestoken en dusdoende het gehele treinverkeer tussen Gent en Brussel platgelegd. Een camera heeft de sabotage-actie vastgelegd. ,,Verschillende kabels zijn op hetzelfde ogenblik doorgebrand, wat wijst op kwaad opzet”, aldus het Brussels parket, dat de zaak onderzoekt. De stroomkabels die werden vernietigd, leveren elektriciteit voor de seinen. Vanwege de sabotage sprongen deze niet langer op rood en wist men in het seinhuis niet meer waar nog welke trein rijdt. Railinfrabeheerder Infrabel was daarom genoodzaakt om terstond het gehele treinverkeer stil te leggen teneinde ongelukken te voorkomen. De sabotage-actie werd uitgevoerd ter hoogte van de Veeweidekaai in Anderlecht, een bijzonder strategisch gelegen plaats, waar in het verleden ook al verstoringsacties hebben plaatsgevonden.


ER IS GÉÉN VEILIG ACHTERLAND!

+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-

SNELRECHT TEGEN PTB-MILITANT

De 42-jarige PTB-activist uit Henegouwen, die landelijke bekendheid verwierf door het vloeren van de Brusselse flikkencommandant Pierre ‘altijd voorop zonder

helm’ Vandersmissen (tijdens de provocaties van de flikken na afloop van de grote syndicale betoging van 24 mei jl.), heeft een celstraf van 30 maanden voorwaardelijk tegen zich horen eisen. (Tijdens de snelrechtzitting van de Brusselse correctionele rechtbank van afgelopen vrijdag [17 juni, red].) Vonnis zal worden gewezen op 24 juni a.s.

SOLIDARITEIT MET DE PTB-KAMERAAD!


+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-

HAVENS –

REFERENDUM VAKBONDSAKKOORD INZAKE AANPASSING WET-MAJOR

Afgelopen donderdag (16 juni, red) is het resultaat van de ledenraadpleging van 8 juni jl. m.b.t. het ontwerp-akkoord tussen de havenvakbonden en de minister van Arbeid Kris Peeters bekend geworden. We schikken hier nog niet over gedetailleerde cijfers en moeten het daarom met enkele globale mededelingen uit het communique van de syndicaten doen. Van de ca. 9.000 erkende havenwerkers, die stemgerechtigd waren, zou ,,een kleine meerderheid” (communique v.d. gezamenlijke syndicaten; zoals gezegd, specifieke cijfers zijn ons nog niet bekend) zijn stem hebben uitgebracht (waarmee het stemresultaat rechtsgeldig is). Van deze ,,kleine meerderheid” zou op haar beurt ,,85%” met ,,ja” hebben gestemd (ten gunste dus van het door de bonden met Peeters gesloten ontwerp-akkoord). De mogelijkheid bestaat dus zeer wel dat uiteindelijk slechts een minderheid van de in totaal 9.000 geregistreerde Antwerpse havenwerkers vóór aanpassingen van de wet-Major heeft gestemd (maar, nogmaals, meer specifieke cijfers ontbreken ons vooralsnog). Minister Peeters toonde zich in elk geval al zeer tevreden. ,,Het akkoord draagt alle kenmerken van een compromis. Bijkomend voordeel: Wordt het akkoord vóór 21 juli a.s. van kracht, dan zal de Europese Commissie niet verder aandringen op verregaande liberalisering van de havenarbeid.” Zodra gedetailleerde cijfers bij ons binnen zijn, dan komen we op het referendum terug.






Eieren voor Minister Macron

Eigenlijk was hij gekomen om hulde te brengen aan een symbool van links. Een postzegel ter gelegenheid van het feit dat 80 jaar geleden in Frankrijk het Volksfront (een regeringscoalitie van linksburgerlijke politieke formaties met de reformistische arbeiderspartijen) aan de macht kwam, zou door minister Macron (Economische Zaken) worden geïntroduceerd. Maar radicaal links maakte duidelijk dat Macron niet als ‘links’ wordt gezien. Vakbondsmilitanten bekogelden de minister met eieren en andere projectielen, toen hij arriveerde bij een postkantoor in de Parijse voorstad Montreuil.

De leden van de regering-Hollande/Valls kunnen zich al sinds geruime tijd nergens meer in de arbeiderswijken van Frankrijk laten zien. Op deze maandag* zag Macron zich geconfronteerd met wat het best kan worden omschreven als pure klassenhaat. Dat kan nauwelijks als een verassing worden beschouwd, geldt de arbeidersvoorstad in het oosten van de hoofdstad unaniem als een onwrikbare vesting van ‘la gauche de la gauche’, zoals radicaal links hier wordt genoemd. Hier bevindt zich het hoofdkwartier van de CGT. Hier dragen metrostations nog namen als ‘Robespierre’. De communistische burgemeester van Montreuil boycotte dan ook het bezoek van Macron.

De minister draagt zelf wenselijk bij aan de hoog opgelopen controverse rond zijn persoon. Recentelijk schreeuwde hij tegen een stakende arbeider: ,,Ik ben niet bang voor jou in je T-shirt. De beste manier om ook aan een net pak te komen, is te gaan werken”. Dergelijke woorden uit de mond van een ex-bankier uit het bankhuis Rothschild, die vroeger een miljoenensalaris opstreek, zijn voor vele gewone Fransen, met name degenen die werkloos zijn, als een slag in het gezicht en het bewijs voor de verklaarde oorlog van de bezittende klasse aan de klasse van niet-bezitters (,,deze gevaarlijke klasse”, aldus Pierre Gattaz, MEDEF*-voorzitter).

Terzelfde tijd herinnerden perscommentatoren aan het feit, dat Macron in het verleden de arbeidsters van een slachthuis in de Bretagne had uitgescholden voor ‘analfabeten’. Voeg hierbij nog de onthullingen van het weekblad ‘Canard Enchaîné’ (Macron had recentelijk een navordering van de belastingdienst ontvangen, inzake te weinig betaalde vermogensbelasting over een periode van drie jaar, omdat hij opzettelijk zijn vermogen in onroerend goed te laag had aangegeven) en de ster van de 38-jarige, recentelijk nog door de bourgeoisie als haar nieuwe hoop gezien, is al weer dalende.

Volgens de meest recente opiniepeilingen heeft Macron inmiddels duidelijk aan populariteit verloren. ,,Alles slechts het werk van een kleine radicale minderheid”, aldus Macron zelf na het eieren-bombardement en hij bezwoer door te zullen gaan op zijn weg om Frankrijk te ‘hervormen’ (lees: ‘Amerikaniseren’). In dat geval zouden de volgende projectielen best wel eens van een wezenlijk krachtiger impact kunnen zijn.



MACRON, HOLLANDE, VALLS – JULLIE PLAATS IS OP DE MESTVAALT VAN DE GESCHIEDENIS!



_______ * 23 mei jl. ** MEDEF – De Franse ondernemersorganisatie. Gattaz beschimpte de arbeidersklasse als ‘voyous’ (criminelen, boeven) en als ‘(vakbonds)terroristen’ (le Monde, 31 mei jl.)

vrijdag 10 juni 2016

14 Juin - Paris: Solidarité avec les Manifestations Anti-Capitaliste!



Wij roepen op tot solidariteit met de stakingen en sociale protesten van de Franse arbeidersklasse tegen de ‘loi travail’ cq. de wet-El Khomri, die de sociale afbraak van alle – door harde strijd verworven - arbeidsrechten betekend!


NEEN! TEGEN DE FLEXIBILISERING VAN DE ARBEID!

NEEN! TEGEN HET VERLENGEN VAN DE WERKWEEK!

NEEN! TEGEN DE VERSOEPELING VAN HET ONTSLAGRECHT!

NEEN! TEGEN DE UITSCHAKELING VAN DE VAKBONDEN!

NEEN! TEGEN HET VERDWIJNEN VAN DE CAO PER BEDRIJFSTAK!


Wij ondersteunen de nationale betoging van de CGT op a.s. 14 juni tegen de loi travail, opdat dit tot een compromisloze strijd van de arbeiders vóór de val het Franse kapitalisme mag leiden – vóór een revolutionaire arbeidersstaat! Dat deze opstand ook in degelijke omvang naar Nederland, België en de rest van het kapitalistische Europa mag overslaan! Vuur en vlammen voor het systeem!






De Palestijnse tragedie: Anti-Zionistisch Verzet na 1948


Sedert 67 jaar voltrekt zich een ongekende tragedie in Palestina, waar een heldhaftig volk onderdrukt wordt door een vreemde bezettingsmacht; de zionistische entiteit. In dit laatste deel gaan we in op de Palestijnse antizionistische verzetsbewegingen van na 1948. 



Als gevolg van de uitroeping van de staat Israël en het geweld dat er op volgde, waren de Palestijnen in politiek opzicht van het toneel verdwenen. De Palestijnse regering van Amin al-Hoesseini in Gaza verdween in 1952, terwijl de Westerlijke-Jordaanoever al in 1948 was opgegaan in Jordanië. Vanaf 1956 domineerde de Egyptische president Nasser de Arabische politieke scene; ook die van de Palestijnen.


In 1963 werd Ahmad Shukairy de officiele vertegenwoordiger van de Palestijnen binnen de Arabische liga. In 1964 stichtte hij de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO). Deze organisatie was echter nog geenszins te vergelijken met de PLO die later door de fedayin-organisaties verder uitgebouwd zou worden.


In het midden PLO oprichter Ahmad Shukairy (1964) 


De Fedayin

De fedayin waren gegoede intellectuelen uit de Golfstaten, die sinds de Suezoorlog van 1956 hun geld en energie in de Palestijnse zaak gingen investeren. Zij groepeerden zich binnen al-Fatah (Beweging voor de Bevrijding van Palestina), die gesticht werd door Yasser Arafat, Faruk Kadummi en Abu Iyad. In 1965 verspreidden ze na een eerste militaire operatie tegen de zionistische bezetters hun communique.  Een andere antizionistische verzetsorganisatie werd in 1951 al opgericht in Beiroet, door Georges Habash; de Arabische Nationale Beweging. Daaruit ontstond in 1966 het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP), dat een bolwerk voor Marxisten en Nasseristen werd. Het Democratisch front voor de Bevrijding van Palestina (DFLP) splitste zich in 1969 daarvan af en in Juni 1967 stichtte ook het Syrische Ba'ath regime zijn eigen fedayin-groep op: Saiqa (Bliksem).


Toen in maart 1968 de zionisten het stadje Karame binnen vielen, slaagden de fedayin erin hen te verslaan. Tijdens de gevechten werden 21 Israelische soldaten gedood, verschillende tanks en een vliegtuig vernietigd. Dit was de eerste echte overwinning van de Arabieren op de zionistische entiteit na 1948. Dit leidde ertoe dat deze guerilla-organisaties de PLO konden overnemen, met Yasser Arafat als de nieuwe voorzitter. Hiermee werd een 'aanhangsel' van de Arabische liga, een Palestijnse regering in ballingschap. Tussen 1968 en 1970 bouwden de Palestijnen een grote politieke militaire macht op in de Gazastrook en Jordanië. De Jordaanse koning Hoessein begon zijn troon te vrezen. Che Guevera, Ho Chi Minh en Mao Zedong behoorden tot de verplichte literatuur binnen de Palestijnse guerilla-bewegingen. 


Yasser Arafat - Voorzitter van de PLO (1968)

Rond 1970 onstonden er in de Gazastrook gebieden waar de zionisten niet langer de controle over hadden. In Jordanië bevrijdden de fedayin bijna alle belangrijke steden. Een tegenreactie kon niet lang op zich laten wachten. De Amerikanen die al genoeg problemen hadden in Vietnam, vreesden voor de opkomst van een nieuwe revolutionaire kracht in het Midden-Oosten. In 1970 lanceerden zij dan ook het Plan-Rogers, die de lont uit het revolutionaire kruitvat moest halen. Het plan stelde een nieuwe staakt-het-vuren voor tussen de zionisten, Egypte en Jordanië. Koning Hoessein en president Nasser aanvaarden dit en de Palestijnen werden opnieuw naar de achtergrond verdrongen. Hierdoor kregen de zionisten de Gazastrook weer volledig onder controle. Het Palestijnse antizionistische verzet stond weer alleen.


De fedayin telden nog zo'n 12.000 manschappen, aangevuld met circa 20.000 militieleden uit de vluchtelingenkampen. In Noordelijk Jordanië hadden ze inmiddels een machtsbasis uitgebouwd ten koste van koning Hoessein. In 1970 culmineerde deze machtsstrijd in een gewapende confrontatie. Aanleiding waren een aantal vliegtuigkapingen door het Volksfront. Verschillende vliegtuigen werden gedwongen om in de Noord-Jordaanse stad Zarka te landen. Van de 400 passagiers aan boord werden vrouwen en kinderen vrij gelaten. Hierna werden alle mannen vrijgelaten, behalve diegenen met een Israëlische nationaliteit - deze probeerden de kapers voor gevangen fedayin om te ruilen. Koning Hoessein zette zijn leger in september 1970 in om de Israëlische passagiers te bevrijden en viel de fedayin aan. Tien dagen lang woedde er een ware burgeroorlog. De Arabische regimes, inclusief het Syrische regime dat zichzelf tot leider van alle 'radicalen' uitgeroepen had, lieten koning Hoessein zijn gang gaan. De fedayin trokken zich terug in het ruige landschap en het bergland tussen Ajlun en Jerash. Een jaar later werden ze in september verdreven uit Jordanië en vestigden ze een basis in Beiroet, Libanon. Dit kwam bekend te staan als de zwarte september (vernoemd naar de clandestiene organisatie die in 1972 Israëlische atleten gijzelden tijdens de Olympische Spelen in Duitsland).


Fedayin in actie tegen de zionistische bezetter in Palestina

De PLO greep deze nederlaag aan om de organisatie niet langer enkel militair uit te bouwen, maar ook als staat. Alle Palestijnse socio-culturele verenigingen kregen vertegenwoordigers in de structuren van de PLO. De organisatie begon met eigen onderwijs en gezondheidszorg en ging investeren in landbouw en industrie. Al deze organisaties zetelden vanaf nu in de Palestijnse Nationale Raad, het PLO parlement, die afgevaardigden voor de Palestijnse regering koos. Op deze manier werd de PLO de ersatzstaat voor alle Palestijnse vluchtelingen. In 1974 werden zij door zowel de Arabische liga als de Verenigde Naties erkend.



De Libanese Burgeroorlog

In 1975 brak er een sectarisch conflict uit in Libanon tussen christenen (falangisten) en verschillende sji'itische en soennietische tegenstanders. De Palestijnen die hun hoodfkwartier in de Libanese hoofdstad Beiroet hadden probeerden zich afzijdig te houden. Echter het bloedblad dat door falangisten in Tal al Za'atar - een Palestijnse vluchtelingenkamp - werd aangericht veranderde de situatie.  De zionisten steunden de falangisten en deden in 1978 een eerste inval in Libanon. Deze mislukte echter en het zionistische leger zag zich genoodzaakt om terug te trekken. In 1981 bereikte de burgeroorlog een absoluut hoogtepunt. De zionisten grepen dit aan om Libanon en in het bijzonder de Palestijnen te bombarderen, om zo korte metten met de PLO te maken. Een jaar later vielen zij Libanon binnen, waarna de PLO zich genoodzaakt zag om naar Tunesië te vluchtten. 


Bloedbad in Sabra - Niemand wordt gespaard


De PLO was nog maar net weg en de kersverse Libanese president, de falangist Bashir Gemayel, werd vermoord. Woedende falangisten wraakten zich op de Palestijnse vluchtelingenkampen Sabra en Shatila. Op vraag en onder toeziend oog van de zionisten en generaal Ariel Sharon, richtten deze falangisten zich op de Palestijnse bevolking, waarbij honderden onschuldige mannen, vrouwen en kinderen zonder genade werden afgeslacht. Zuid-Libanon bleef onder zionistsiche bezetting staan. Pas in het jaar 2000 werd het laatste stukje Zuid-Libanon door de zionisten ontruimd, als gevolg van de alsmaar aanhoudende militaire druk door de sji'itische bevrijdingsbeweging Hezbollah. In 2006 vielen de zionisten nogmaals het land binnen, dit keer om een einde aan Hezbollah te maken. Dat is tot op heden nog niet gelukt. 

Pro-Zionistische Falangisten vermoorden vrouwen en kinderen in Shatila


Intifada

In 1987 brak er in de bezette gebieden een volksopstand uit tegen de zionistische bezetter. Deze strijd nam een vorm aan waarbij stenen gooien het enige wapen tegen zionistische tanks werd. Deze opstand kwam spontaan vanuit de bevolking zelf na jaren van onderdrukking en vernederingen en was dan ook voor zowel de zionisten als de PLO een complete verassing. De opstandelingen benoemden dit zelf tot de intifada (= de zionistische bezetting afwerpen).

Palestijnse jongeren vechten met stenen tegen Israëlische tanks


Binnen deze opstand ontstonden twee hoofdstromingen. De progressieven, vertegenwoordigt door de PLO, en de islamisten, vertegenwoordigt door Hamas. Onder druk van de intifada begon in 1991 het zgn. 'vredesproces' in Madrid, gevolgd door de Oslo akkoorden twee jaar later. Hierdoor stopte de intifada. Echter in 2000 begon de intifada opnieuw nadat het onrechtvaardige en oneerlijke 'vredesproces' stokte en Ariël Sharon als provocatie een bezoek aan de Tempelberg bracht, waar de al-Aqsa moskee gesitueerd is. Na de dood van PLO leider Yasser Arafat in 2004 (hoogstwaarschijnlijk vermoord door de zionisten), begon Hamas een groot deel van de Palestijnse publieke opinie voor zich te winnen. Niet zo zeer door hun islamistische denkbeelden, maar omdat zij zich altijd tegen het zgn. 'vredesproces' verzet hebben. 


Hamas oprichter Sjeik Yassin

Hamas werd in 1973 opgericht als de Mujamma al-Islami door sjeik Ahmad Yassin, als de Palestijnse afdeling van de Moslimbroederschap. In het begin was het Palestijnse nationale vraagstuk voor deze organisatie van secundair belang en werd de organisatie nog door de zionisten getolereerd. Hier kwam verandering in na het uitbreken van de eerste intifada. Yassin zijn organisatie veranderde haar naam in Harakat al-Muqawama al-Islamiya (Hamas) - Beweging van Islamitische Verzetskrachten. Hamas stelde zich ten doel de zionistische bezetter van het land te verdrijven, zodat de Islam er zou kunnen triomferen. Zij verzetten zich vanaf het begin tegen de 'vredesbesprekingen' tussen de Palestijnse autoriteit en de zionisten. Toen het voor het Palestijnse volk na de Oslo-akkoorden van 1993 steeds meer duidelijk werd dat dit zgn. 'vredesproces' slechts een ordinaire klucht was ten gunste van de zionisten, gingen zij dan ook al snel Hamas steunen.

Hamas manifesteert in Gaza

Tijdens de Palestijnse parlementsverkiezingen van 2006 behaalde Hamas vanwege haar militante houding dan ook de meerderheid van alle stemmen in Gaza en op de Westelijke Jordaanoever. Ook veel Christelijke Palestijnen stemden op hen, waarna Hamasleider Ayman Taha verklaarde géén Islamitische emiraat van Gaza te willen maken. Dit vertegenwoordigde een keerpunt in de politieke strategie van Hamas; hun islamitische streven kwam op de lange baan te staan en alle prioriteit werd gegeven aan de strijd tegen de zionistische bezetter. 

President Abbas van Fatah


Na de verkiezingsoverwinning vormde Hamas de nieuwe regering. Fatah belandde in de oppositie, maar behield het presidentschap. Dit tot grote onvrede van de Westerse machten. Daarom ontwikkelde de Verenigde Staten in 2007 een plan om 1,27 miljard dollar in Fatah en de milities van de Palestijnse autoriteit te pompen, om zo Hamas militair uit te schakelen. Deze verdeel-en-heers strategie werd echter al snel door Hamas doorzien en er gebeurde dan ook het omgekeerde: Hamas schakelde Fatah uit in de Gazastrook. Fatah reageerde door Hamasleden op de Westelijke Jordaanoever uit te schakelen en hun regering te ontbinden. Het resultaat: een Fatah-regering op de Westelijke Jordaanoever en een Hamas-regering in de Gazastrook. Het 'vredesproces'  had ertoe geleid dat Fatah (PLO) niet langer een bevrijdingsbeweging was, die kon opkomen voor de politieke en nationale verzuchtingen van het Palestijnse volk.    

Ondertussen duren de zionistische bezetting, de etnische zuiveringen en de onderdrukking voort...


Palestina, bloem van het Midden-Oosten, wij, diegenen die verbannen zijn dromen van uw velden, de zoete bloemen van de lente, uw olijfgaarden, de regen in de winter. Oh om de schone lucht van uw bergen in te ademen.

Onze vijanden mogen proberen om ons te onderdrukken en te beheersen, maar zij zullen nooit hun kwaadaardige doelen bereiken! De ziel van Palestina vliegt zo vrij als de Arend. Door de eeuwen heen zijn velen onze kust binnen gevallen. Diezelfden zijn een bloedig einde tegen gekomen, op hun eigen zwaarden gevallen, alleen kronkelend van de pijn.

Laat me u weer zien, laat mij als een kind met wilde ongedwongenheid door de klaprozen op de helling rennen. Dan zal ik eindelijk weer vrede kennen, oh Palestina. Moge uw zonen en dochters wederkeren om u te claimen!" - Sahar






woensdag 8 juni 2016

15 tm 17 Juli: Aktiekamp + Bloc-Training in Duitsland



Van 15 tot en met 17 Juli zal het Antikapitalistische Kollektiv een aktiekamp organiseren. Hier zullen activisten uit binnen- en buitenland bijeen komen. Er is een gevarieerd programma waarin verschillende werkgroepen (bloc-)oefeningen en seminars zullen verzorgen. Uiteraard zullen er ook paneldiscussies en infostands zijn. Voor meer informatie raadpleeg de gebruikelijke kanalen.  


AANMELDEN VOOR 3 JULI 2016!


Voor de website, het programma, paklijst en reglementen klik hier






vrijdag 3 juni 2016

De Palestijnse tragedie: De Zionistische Entiteit na 1948

Sedert 67 jaar voltrekt zich een ongekende tragedie in Palestina, waar een heldhaftig volk onderdrukt wordt door een vreemde bezettingsmacht; de zionistische entiteit. In dit tweede deel gaan we in op de stichting van de zionistische apartheidsstaat en haar bezettingspolitiek. 


Onmiddellijk nadat het onrechtvaardige VN-Verdeelplan goedgekeurd werd, kwam het tot vijandelijkheden tussen de Palestijnen en de zionisten. Toen de Britten in 1948 definitief vertrokken, zagen de zionisten kans om aan te vallen. 

Volgens de zionistische mythe stond tijdens hun 'onafhankelijkheidsoorlog' de kleine Joodse David tegenover een grote Arabische goliath. Niets is echter minder waar. De zionistische milities waren met de hulp van de Westerse grootmachten en de internationale Joodse gemeenschap inmiddels uitgegroeid tot een goed bewapend leger van 120.000 man, met een flink aantal tanks en een luchtmacht. Aan de Arabische kant stonden daar slechts 10.000 man tegenover en zij waren ook nog eens veel slechter bewapend. Dat is een verhouding van zes tegen één, de zionisten waren dus militair gezien sterk in het voordeel. 

Dat de Arabische legers zo zwak waren, had diverse oorzaken. Syrië kende pas sinds 1946 onafhankelijkheid en was in een intern conflict verwikkeld tussen de Alawieten en de Druzen. Libanon werd eveneens pas in 1946 van de Franse koloniale onderdrukking bevrijd en was net bezig met de uitbouw van een eigen leger.  Irak, Egypte en Trans-Jordanië vielen nog steeds sterk onder de Britse invloedssfeer. De Britten konden hierdoor de inzet van Arabische troepen drastisch beperken.  Bovendien had de koning van Trans-Jordanië een geheime deal met de zionisten gesloten. 

In 1948 stichtten de zionisten Israël en begon de 'Nakba' (het grote onheil); Palestina viel en de Palestijnen werden van hun land verdreven. De zionisten begonnen aan 'Tochnit Dalet' (Plan D), de militaire verovering van Palestina en de verdrijving van de autochtone bevolking. Duizenden Palestijnen werden met geweld verdreven, resulterend in honderden doden. De zionistische aanvallen richtten zich in het bijzonder tegen politieke en militaire leiders, communicatielijnen, vitale infrastructuur en economische installaties. 

Het zionistische leger maakt zich schuldig aan verschillende massa-moorden op onschuldige Palestijnse burgers, zoals hier in het Arabische dorp Deir Yassin 

Het handelen van de zionisten gaf duidelijk aan dat de zionisten meer wilden dan wat in het VN-Verdeelplan was bepaald. Theordor Herzl schreef al dat de grenzen van zijn Joodse staat van het land van Egypte tot de Eufraat moesten lopen. Dat is nog altijd de bedoeling. Het is daarom dat de onafhankelijksverklaring van Israël met geen woord rept over grenzen. De Israëlische vlag spreekt boekdelen: de Davidster staat voor de staat en de twee blauwe lijnen voor de Nijl en de Eufraat.

Tijdens de gevechten werd de Palestijnse bevolking in de door de zionistische entiteit gecontroleerde gebieden massaal verdreven.  David Ben Goerion stelt; "Wij moeten de Arabieren verdrijven en hun plaats innemen en we moeten dit met geweld bewerkstelligen. ... Met de georganiseerde transfer van de Arabische bevolking, zouden we kunnen bereiken wat we anders nooit zouden kunnen bereiken ... een Galilea zonder Arabieren." Deze transfer viel onder de verantwoordelijkheid van Yosef Weitz, directeur van het Joods Nationaal Fonds, om zo de creatie van "een Israël waar uitsluitend Joden wonen" te verzekeren. Om te voorkomen dat de Arabieren naar hun geboortegrond konden terugkeren werden hun huizen en akkers gesloopt en er werd beslag gelegd op hun financiële tegoeden. Een beleid dat tot op de dag van vandaag voort duurt. 

Palestijnse gezinnen worden door de zionisten met geweld van hun thuisland verdreven, waar zij al generaties lang woonden en werkten



De zionistische apartheid

Meer dan 40% van de Palestijnen die nu op de Westelijke Jordaanoever leven, woonden oorspronkelijk in wat nu Israël is. In Gaza is 80% van de bevolking afkomstig uit steden die nu Israëlisch zijn. Voor de zionisten bestonden er sinds 1948 geen Palestijnen of Palestijns bezit meer. In 1951 bepaalde het Joods Nationaal Fonds, dat zij de grond die ze ingenomen hadden zou schenken aan het Joodse volk, niet aan de staat, want met de huidige samenstelling van de bevolking is het niet zeker dat het land van de staat Joods land zal zijn. De Israëlische nationaliteit en het daaruit voortvloeiende recht om in het land te wonen, wordt geregeld door apartheid en nationaliteitswetten. Voor de Joden geldt de 'wet op terugkeer' die op eenvoudig verzoek het staatsburgerschap kunnen verwerven. Voor de Palestijnen geldt een aparte wet, het zgn. 'staatsburgerschap door residentie'. Om Israëlier te worden en zo in hun eigen land Palestina te kunnen wonen, moeten zij aan zeer strenge voorwaarden voldoen. Deze wet sluit bovendien alle vluchtelingen en alle bewoners van de Westelijke Jordaanoever en Gaza uit. 

Met de 'wet op het eigendom van afwezigen', dat in 1950 ingevoerd werd, wordt alle grond en onroerend goed van Palestijnse vluchtelingen automatisch overgedragen aan de Israëlische staat. Via deze weg werd maarliefst 93% van het huidige Israelische grondgebied het 'onvervreemdbare eigendom van het Joodse volk'. De 'wet op het onbewerkte land' geeft de zionisten het recht om land op te eisen dat (op dat moment) niet bewerkt wordt. Dit wordt vaak toegepast in combinatie met de 'uitzonderingswet op veiligheidszones'. Een Palestijns dorp wordt ontruimd op basis van vermeende 'veiligheidsredenen' en daarna tot militaire zone verklaard, waardoor niemand er mag wonen. Als gevolg blijft de grond onbewerkt en wordt deze dus automatisch toegewezen aan de staat. 

De muur die Israël van de bezette gebieden scheidt - Nog steeds een symbool voor de voortdurende zionistische apartheid


Israël is niet enkel de staat van zijn inwoners, maar van alle Joden ter wereld. Daarom wordt er een onderscheid gemaakt tussen het staatsburgerschap en nationaliteit. Er bestaat alleen de Joodse nationaliteit. De basisinfrastructuur (land, water, openbare werken, enz.) wordt naast de staat, ook door zionistische instellingen beheert. Er zijn dus twee verschillende fondsen. Het is dus niet verwonderlijk dat voorzieningen zoals wegen, riolering, onderwijs en gezondheid een heel stuk slechter zijn in de 'Arabische sector', dan in de 'Joodse sector'. Het analfabetisme is drie keer hoger bij Palestijnen dan bij Joden. Werkeloosheid teistert de Palestijnen en ook hun inkomens zijn lager dan die van Joden. Een Joodse stad met eenzelfde aantal inwoners heeft gemiddeld vijf keer meer gemeentepersoneel. Alle Palestijnse dorpen en steden kampen met huisvestingsproblemen als gevolg van de onteigeningen door de zionisten.  Bijna 98% van al het water gaat naar Joodse nederzettingen, slechts 2,1% gaat naar Palestijnse gezinnen.     



Regionale spanningen na 1948

Na 1948 was de Palestijnse nationalistische beweging sterk verzwakt. De politieke elites waren gedood of gevlucht. Enkel in de Gazastrook overleefde nog een Palestijnse regering onder Amin al-Hoesseini. Het andere restant van wat eens Palestina was, de Westelijke Jordaanoever, werd ingelijfd bij Jordanië. 

Het gehele Midden-Oosten was drastisch veranderd in de nasleep van de tweede wereldoorlog. De grote koloniale machten Groot-Brittanië en Frankrijk waren sterk verzwakt. Daar tegenover ontstonden er twee nieuwe grootmachten: de Verenigde Staten en de Sovjet Unie. De zionisten waren bondgenoten met de Westerse machten en dus zochten de Arabieren steun bij de Sovjet Unie. Dit leidde tot verschillende conflicten. 

In 1952 kwam in Egypte de pan-Arabistische generaal Gamal Abdal Nasser aan de macht. In 1954 eiste hij dat de Britten hun militaire basissen in het land zouden ontruimen en in 1956 nationaliseerde hij het Suezkanaal. Hierop sloten de belanghebbende landen met betrekking tot het Suezkanaal (Groot-Brittanië, Frankrijk, Nederland en de VS) een bondgenootschap met de zionistische entiteit. Op 29 oktober bezette de Joodse staat de Sinaï en de oostelijke oever van het Suezkanaal. Twee dagen later gingen de Britten en Fransen over tot bombardementen en landden hun troepen in Port Said en Port Foead. Echter onder druk van de nieuwe grootmachten, de VS en de Sovjet Unie, moesten zij zich terug trekken en werd Israël gedwongen om de Sinaï te ontruimen. Nasser werd gezien als de grote overwinnaar van dit conflict en werd zo het nieuwe symbool van het Arabische nationalisme. 

Gamal Abdal Nasser

In de periode die volgde bleven de spanningen tussen de zionistische entiteit en zijn Arabische buren bestaan. In dezelfde tijd werd in Palestina el Fatah opgericht, die guerrilla aanvallen organiseerde vanuit Gaza en Syrië op bezet Palestina. De zionisten zagen Syrië als de geestelijke vaders van el Fatah. In mei 1967 meldde de chef van het zionistische leger, Yitzak Rabin, dat het niet lang meer zou duren tot het Israëlische leger naar de Syrische hoofdstad Damascus zou marcheren. Als reactie hierop sloot Nasser de Straat van Tirana - een zeebrug naar Palestina. Op 5 juni besloten de zionisten aan te vallen. Negentien Egyptische luchthavens en verschillende belangrijke industriële complexen werden door de Israëlische luchtmacht gebombardeerd. Kort daarna volgden luchthavens in Irak, Syrië en Jordanië. Hierop verklaarden alle Arabische landen de zionistische entiteit de oorlog. Echter door hun massale overwicht in bewapening ter land, ter zee en in de lucht, wisten de zionisten in zes dagen tijd de Egyptische Sinaï, de Syrische Golanhoogvlakte, Gaza en de Westelijke Jordaanoever te bezetten. Hierbij werd massaal napalm ingezet tegen de burgerbevolking. De Arabische landen aanvaardden hierop een staakt-het-vuren. 


1967: Israëlische leger bereid zich voor op een aanval

In de nasleep van deze oorlog keurde de VN resolutie 242 goed. Twee zinnen uit deze resolutie zouden decennialang het debat over de Palestijnse kwestie beheersen. Punt 1a eist de terugtrekking van de Israëlische troepen uit de gebieden die bezet zijn tijdens de zesdaagse oorlog. Maar er is een verschil in nuance tussen de Engelse en Franse tekst: namelijk tussen 'le retrait (...) des territoires occupes' en 'withdrawal from territories occupied.' Al naar gelang taal gaat het om alle bezette gebieden of sommige bezette gebieden. In de resolutie valt het woord Palestijnen niet. Tot op heden zijn de Palestijnse gebieden en de Golanhoogte bezet door de zionisten.


In het laatste deel zullen we ingaan op een nieuwe fase van het Palestijnse verzet tegen de bezetting door de zionistische entiteit. 



Tegenbetoging tegen de Flikkendemonstratie

<<Flics, porcs, assassins!>> (Smerissen, zwijnen, moordenaars!)

<<Tout le monde déteste la police!>> (Iedereen haat de politie!)

<<Que fait la police? Ça Crève les yeux!>> (Toespeling op het afschieten van rubberkogels (Flash-Ball) op gezichtshoogte)


 

18 mei, Place de la République - Enkele autonomen hadden zich bewapend met harpoenen en houten ballen (-> jeu de bouls), waaraan scheermessen waren bevestigd. Plm. 300 gingen in de directe nabijheid het gevecht aan met de Garde Mobile. Dit keer kregen ze daarbij steun van ‘nihilisten’ (Black Bloc-militanten) uit België (Brussel) en Duitsland. (Zoals ook al tijdens de betoging tegen de klimaattop in Parijs, in dec. vorig jaar.)

De Minister van Binnenlandse Zaken ondertekende 48 voorlopige verboden om deel te nemen aan betogingen gericht tegen militanten van de autonome scene. In de agglomeratie Parijs betrof het een tiental activisten verbonden aan de Action antifasciste de Paris-Banlieue en de Mouvement interluttes indépendant (Mili), opgericht in de herfst van 2013 (-> l’Etat tue et mutile/De staat doodt en verminkt -> n.a.v. de moord op Rémi Fraisse).

Sinds het begin van de demonstraties tegen de ‘loi travail’ hebben de flics in totaal zo‘n 1.300 mensen aangehouden, waarvan er 800 in voorlopige hechtenis zijn geplaatst (over geheel Frankrijk).








Frankrijk: Gedurende de gehele week stakingen en betogingen


STAKINGSACTIES 


Het begint al op maandagavond (16 mei) om 22.00u met de staking – van onbeperkte duur – van de vrachtwagenchauffeurs. Bij de RATP (het Parijse openbaar vervoer) heeft de CGT een staking aangekondigd vanaf maandag 22.30u tot woensdag 6.00u. Bij de SNCF (spoorwegen) heeft de CGT, de grootste bond in de spoorwegsector, opgeroepen tot staking gedurende alle weken tot 11 juli, de dag na de finale van het EK, vanaf dinsdag 19.00u tot vrijdag 8.00u. Gesteund wordt de stakingsoproep hier door SUD-Rail, de op twee na grootste organisatie bij de onderneming.


BETOGINGEN 


Diverse bonden, te weten de CGT, FO, FSU, Solidaires alsmede de studentenorganisaties UNEF, UNL en FIDL, hebben opgroepen om op dinsdag (17 mei) en donderdag (19 mei) de straat op te gaan. In Parijs begint de betoging tegen de ‘loi travail’ dinsdag om 14.00u vanaf het Place de l École-Militaire en gaat vervolgens richting Sèvres-Babylon. Op donderdag is het vertrekpunt Place de la Nation en zal de betoging eindigen op de Place d’ Italie.



SNCF: Onbeperkte staking - elke woensdag en donderdag 


Na drie dagen van staking in maart en april heeft de CGT-Cheminots (bond van spoorwegwerkers), de grootste bond bij de SNCF, besloten om vanaf dinsdagavond over te gaan tot de onbeperkte staking – op alle woens- en donderdagen. Het doel is het onder druk zetten van de ondernemers teneinde ,,een collectieve arbeidsovereenkomst van een erg hoog niveau in de sector” af te dwingen. Momenteel lopen er onderhandelingen tussen de bonden en de ondernemers m.b.t. de arbeidsvoorwaarden die gelden voor zowel de staats- als de geprivatiseerde ondernemingen die belast zijn met het vervoer van reizigers en goederen. Daarnaast zijn de nieuwe akkoorden op bedrijfsniveau even zo zeer een punt van controverse bij de SNCF. 

De leider van de CGT-Cheminots, Gilbert Garrel, sprak de hoop uit dat de andere bonden zich bij de beweging aan zullen sluiten, wat ‘de kans op succes bij de onderhandelingen wezenlijk zou vergroten’. Een oproep die allicht op dovemansoren zal stuiten, aangezien de CFDT en UNSA (beide behorend tot het kamp van de reformisten) de lopende onderhandelingen in de sector niet wensen te verbinden met de (politieke) strijd tegen de ‘loi travail’, in tegenstelling tot de CGT en SUD-Rail (die van haar kant heeft opgroepen tot een totale staking vanaf 18 mei), die duidelijk hun afwijzing van de ‘loi travail’ nog maar eens hebben bevestigd. Bij de RATP heeft de CGT een staking aangekondigd voor dinsdag, de dag van de grote betoging tegen de ‘loi travail’. 


Vrachtwagenchauffeurs: WERKNEERLEGGING VOOR ONBEPAALDE TIJD 


De federaties van vrachtwagenchauffeurs van zowel de FO als de CGT hebben hier een oproep doen uitgaan tot een staking van onbepaalde duur, te beginnen vanaf maandagavond. De bonden stellen dat art. 2 van de ‘loi travail’, dat de werktijd regelt, leidt tot een verlaging van de vergoeding voor overuren (thans: 25%). De ondernemers in de transportsector zijn van plan deze vergoeding te verlagen tot het wettelijk gegarandeerde minimum van 10%. Inderdaad staat de wet-El Khomri het aan de ondernemers toe om zelf de vergoeding van de overuren vast te stellen – op voorwaarde dat het wettelijk minimum van 10% onaangetast blijft. (En dat een vakbond in de onderneming die minimaal 50% van de stemgerechtigden bij de bedrijfsraadverkiezingen vertegenwoordigd hiermee akkoord gaat.) 

CGT en FO stellen dat de wet-El Khomri sociale dumping vergemakkelijkt. De stakingsbeweging zal Île-de-France ontzien en zich vooralsnog concentreren op diverse grote provinciesteden Nantes, Caen, Bordeaux en Marseille. De reformistische CFDT (de verradersbond!), de sterkste syndicale kracht onder de vrachtwagenchauffeurs, doet ook hier – zoals te verwachten was – niet mee.



Marseille: HAVEN HELEMAAL PLAT 


Er is al vijf jaar géén staking in de haven van Marseille-Fos meer geweest, maar dinsdag en donderdag ligt alles totaal plat. Géén enkel schip wordt gelost of geladen. De dockers en het havenpersoneel van de CGT hebben massaal gevolg gegeven aan de stakingsoproep van de nationale federatie van havens. De centrale heeft alle personeel aan de wal, aan boord en ook de gepensioneerden opgeroepen om ‘in actie te komen en een krachtig signaal af te geven en daarbij niet te aarzelen om over te gaan tot stakingen van beperkte of onbeperkte duur’, te beginnen vanaf dinsdag. De dockers van Marseille en Fos zullen ook in grote getale de gelederen van de manifestanten versterken op dinsdag en donderdag in de Cité. ,,We kunnen niet toestaan dat een zich ‘socialistisch’ noemden regering gebruik maakt van art. 49-3, een niet-normale procedure, totalitair zelfs, om een wetsontwerp erdoor te krijgen, wat door 70% van de burgers wordt verworpen”, aldus Ludovic Lomini, de secretaris-generaal van de CGT-dockers in Marseille. 


De Marseille-Seaports is een stakingsaanzegging neergelegd voor dinsdag, woensdag en donderdag. ,,Daarna zullen we verder zien”, zegt Pascal Galeoté, secretaris-generaal van de CGT-havens. 



Civiele luchtvaart: HEFTIGE TURBULENTIE IN DE LUCHT VERWACHT 


De USAC-CGT, sterkste bond bij de DGAC (civiele luchtvaart), heeft zich vastgelegd op de donderdag om van haar kant te protesteren tegen de ‘loi travail’. Welke impact deze stakingsbeweging, die het geheel van de luchtcontrole en administratieve en technische diensten zal treffen, zal gaan hebben is nog moeilijk in te schatten (de DGAC heeft namelijk de luchtvaartmaatschappijen verzocht om hun vluchten te reduceren). Tijdens de laatste staking van 27 april jl. tegen de wet-El khomri werd 20% van de vluchten op Orly geschrapt en waren er grote vertragingen op de andere luchthavens. Bovendien hebben de diverse syndicaten van de ADP-groep (voorheen Aéroports de Paris) – CGT, FO en UNSA – hun stakingsaanzegging in verspreide slagorde voor uiteenlopende dagen in de week gedaan, ook om te protesteren tegen de ‘loi travail’. De CGT heeft gekozen voor dinsdag met een staking van beperkte duur, de FO daarentegen voor een staking van onbeperkte duur, terwijl UNSA de voorkeur geeft aan een staking op donderdag vanaf 11.00u. ,,Deze situatie (het gebruik van art. 49-3, red.) versterkt de noodzaak om de mobilisatie op te voeren in een toch al gespannen atmosfeer, waarvoor de eerste minister (Valls, red.) de volle verantwoordelijkheid draagt!” (Perscommuniqué van de CGT-Roissy. 


De CGT leidt het protest 


Bij de SNCF, bij de dockers, bij de vrachtwagenchauffeurs, bij de luchtverkeersleiders – overal is de CGT nu aan zet. En vaak met radicale leuzen – langdurige staking. De vakcentrale stelt zich eveneens aan het hoofd – samen met de andere organisaties die behoren tot het kamp van het ‘syndicalisme de lutte’ – van de betogingen tegen de wet-El Khomri. 


Deze protestbeweging volgt zijn eigen ideologische logica. In tegenstelling tot de CFDT die gaat voor het sociaal overleg tussen het patronaat en de syndicaten om oplossingen uit te werken die in het ‘algemeen belang’ zijn, denkt de CGT in termen van de klassenstrijd en roept daar ook voortdurend toe op. Het gaat bij het afdwingen van verbeteringen voor de loontrekkers om de juiste krachtsverhoudingen. De wet-El Khomri, die de loon- en arbeidsvoorwaarden onderhandelingen wil verleggen naar binnen de onderneming, botst daarom frontaal met de overtuiging van de CGT. 


Er zijn echter ook andere redenen waaruit de krachtdadigheid van de reactie van de grootste Franse vakcentrale valt te verklaren. Na drie volle jaren van interne strijd te hebben gekend rond de beoogde opvolging van Bernhard Thibault en de affaire-Lepaon zoekt de CGT thans het hervinden van zijn verloren eenheid. Wat ligt in dit geval meer voor de hand dan de aanwezigheid van een gezamenlijke vijand, in het onderhavige geval de ‘loi travail’ en de neoliberale politiek van de regering? Ten slotte: Het inslaan van deze erg op confrontatie gerichte koers, onlangs nog bevestigd op het 51e CGT-congres in Marseille, weerspiegelt de groeiende kracht van de klassenkämpferische fractie binnen de vakcentrale. Deze stroming representeert tegenwoordig tussen een kwart en een derde van het totaal – tegen 10% enkele jaren geleden.