zondag 24 februari 2013

21-02-2013 Massabetoging tegen de "Di Rupo" regering in Brussel


Donderdag 21 februari vond er een massabetoging plaats in Brussel waar tienduizenden arbeiders (volgens officiële bronnen 40.000 betogers) uit binnen- en buitenland kwamen demonstreren tegen de sociale afbraak, de loonbevriezing en de bezuinigingen van de regering van President Di Rupo (en de EU). Een groep autonome activisten reisde naar Brussel af alwaar zij zich onder de demonstranten mengden, om daar de strijd van de arbeidersbeweging te ondersteunen.

Hoewel de betoging voornamelijk door de vakbondsbonzen georganiseerd was (ABVV, AVC en ACLVB), waren er ook diverse vrije krachten en onafhankelijke initiatieven aanwezig onder de betogers. Alhoewel de betogers er grotendeels in slaagden om het openbaar vervoer plat te leggen, bleef een nationale algemene staking helaas uit.


De massaontslagen bij internationale conglomeraten zoals "Ford Genk" en "ArcelorMittal" laten ons zien dat de economische delokalisering van bedrijven en gehele industrieën naar lage lonen landen, enkel ten gunste van de winst van een kapitalistische elite, funest is voor de eigen arbeidersklasse en het eigen volk. Het is dan ook noodzakelijk dat het volk weer grip op de eigen economie krijgt, om zo een rechtvaardig systeem van sociale harmonie te bewerkstelligen. Een economie die zich baseert op de noden van het volk in plaats van de portemonnee van de rijke bovenlaag.  

Hoewel de massabetoging in Brussel grotendeels door de bourgeois vakbonden werd georkestreerd, illustreerde de massale aanwezigheid van ontevreden arbeiders en symphatiserende activisten dat de arbeidersbeweging nog steeds leeft en nog steeds de potentie heeft zich wederom te ontwikkelen tot een revolutionaire kracht van betekenis, mits zij zich weet te bevrijden van het juk van de vakbondsbonzen en partijbonzen!

   




zondag 17 februari 2013

16-02-2013 Aktie AN Vlaanderen te Brugge

Op zaterdag 16 februari organiseerde de Autonome Nationalisten Vlaanderen een eerste aktie in Brugge onder het motto "Baas in eigen land". Zo'n 25 deelnemers namen deel aan de aktie die begon op de Grote Markt en eindigde op 't Zand. Daar werd door een kameraad van de AN een toespraak gehouden rond het thema waarna de betoging ontbonden werd.      

 

vrijdag 15 februari 2013

Kraken: Nog steeds een legitiem aktiemiddel!

Kraken is het bezetten van vastgoed, zonder toestemming van de eigenaar.  Het is ontstaan als een reactie op de enorme woningnood tijdens de jaren '60. Tijdens de crisisjaren van '70 en '80 nam het kraken in populariteit toe en ontwikkelde zich een kraakbeweging met een overwegend "links" ideologisch karakter. Kraken als aktiemiddel is dan ook al lange tijd een onderwerp van hevige discussie binnen de nationale beweging. Op 1 oktober 2010 is kraken echter strafbaar gesteld door middel van de nieuw aangenomen kraakwet, maar dat maakt de discussie over de legitimiteit van kraken echter niet minder belangrijk.

Wij willen voorop stellen dat kraken GEEN exclusief recht van de "linkse beweging" is. Hoewel kraken van oudsher wordt geassocieerd met de "linkse beweging", heeft deze zeker niet het alleenrecht op de strijd voor woonrecht. De woonstrijd gaat ons ALLEN aan. In een tijd waarin volksgenoten vele jaren op lange wachtlijsten moeten staan om in aanmerking te komen voor een overbetaalde "sociale" huurwoning, waarin volksgenoten nog dakloos op straat zwerven en waarin vastgoed massaal wordt misbruikt door malafide huisjesmelkers en speculanten voor egoïstisch eigen gewin, is verzet een absolute plicht!

De onbegrensde overwinning van het kapitalisme heeft geleid tot een samenleving waarin geld nastreven tot hoogste doel verworden is. Winst en economische groei, hoe waardeloos ook, worden aanbeden, hebzucht en egoïsme zijn overal aanwezig. Ook het woonbeleid is slechts een nieuw pad voor de rijken geworden. De woningnood is enkel toegenomen door het beleid van huiseigenaren, geprivatiseerde woningcorporaties en institutionele beleggers, die woningen vanwege economische motieven slopen, om vervolgens niet te voldoen aan het terugbouwen van betaalbare sociale woningen. In hun visie zijn huizen immers geen primaire levensbehoefte voor het volk, maar slechts een product om winst op te maken. De woningnood stelt kapitalistische speculanten en huisjesmelkers in staat om de huurprijzen op te voeren om zo hun winsten te maximaliseren ten koste van het volk. Hiermee hebben zij hun eigendomsrecht verspeelt! Primaire levensbehoeften dienen niet geprivatiseerd te worden!

Diezelfde regering die verzaakt om het volk dat zij zegt te vertegenwoordigen, in de primaire levensbehoefte van woonruimte te voorzien, heeft nu dus een (kraak)wet ingevoerd die bescherming biedt aan speculanten en huisjesmelkers, die zichzelf verrijken door de balans van de woningvoorraad te verstoren. Kraken en andere vormen van protest tegen dit onrecht en tegen de uitbuiting van ons volk zijn dan ook een volledig legitieme vorm van verzet! Wonen is een absoluut recht voor iedere volksgenoot!

De kraakwet moet dan ook in het licht bezien worden van de repressieve wetgeving die de gevestigde orde gebruikt om het volk te onderdrukken. Door deze repressieve wetgeving maakt men iedere vorm van protest tegen het wanbeleid van de regering inzake het recht op wonen onmogelijk en worden de speculanten die ons volk uitbuiten beschermd. Het zal geen aanslag op "linkse" structuren of "AFA bolwerken" zijn , waarvan de meeste noemenswaardige vrijplaatsen al lange tijd opgekocht en gelegaliseerd zijn, maar een aanslag op het recht van ons volk om voor zichzelf op te komen en zich actief te verzetten tegen de gevestigde orde die haar bestaan en zelfbeschikking vernietigd! Het kapitalisme staat het op het lijf geschreven om volkeren aan zichzelf te onderwerpen, hen te onderdrukken en uit te buiten. Via repressieve wetgeving zoals de kraakwet, ontneemt zij het volk de middelen om zich actief te verzetten tegen de malafide praktijken van speculanten en huisjesmelkers, iets wat de staat zelf nalaat. Steun aan de kraakwet, is dus steun aan (nog meer) repressie!

De nationale beweging heeft de plicht om aan de woonstrijd deel te nemen. Een aktiemiddel als kraken dient dan ook niet onbenut gelaten te worden. Door te kraken kunnen nationalistische vrijplaatsen gerealiseerd worden, broeihaarden voor radicaal verzet. Bezet vastgoed kan woonruimte bieden aan volksgenoten, culturele en sociale initiatieven onderdak bieden en nog veel meer. De praktijk van nationale vrijplaatsen zoals "de Kazerne" in Eindhoven of bewegingen zoals Casa Pound, laten duidelijk zien dat kraken ook voor nationalisten nog steeds een legitiem en noodzakelijk aktiemiddel is. Met of zonder kraakwet, kraken gaat door!  



dinsdag 12 februari 2013

Imperialisme en Fundamentalisme in Mali


Mali lijkt op het eerste gezicht een onwaarschijnlijke plek voor de NAVO machten, dit keer onder leiding van de Franse sociaal-fascistische regering van president Francois Hollande, om een nieuwe “oorlog tegen het terrorisme” uit te roepen. Mali met zijn 12 miljoen inwoners, waarvan 50% analfabeet, bestaat voor het overgrote deel uit woestijn. Toch is dit voorheen onbekende land ineens het middelpunt van de wereldwijde “war on terror”.

Veel mensen hebben terecht een afkeer van de gewelddadige acties van Islamisten in Noord-Mali, waar martelingen, executies en de invoering van een strenge Sharia wetgeving aan de orde van de dag zijn. Dit barbarisme wordt dan ook maar al te graag gebruikt als ideologische munitie voor het Franse leger dat de militaire interventie in de regio aanvoert. Het lijkt er echter op dat dit militaire grondoffensief enkel verder instabiliteit en geweld in de regio zal aanwakkeren.

De omstandigheden in het voorheen vredige Mali begonnen vreemde vormen aan te nemen op 22 Maart 2012. De Malinese “democratische” President Amadou Toumani Touré werd afgezet en verbannen door middel van een militaire coup door de militair leider Amadou Haya Sanogo, een maand voor de verkiezingen. De machtsovername en het installeren van een militaire dictatuur werd gerechtvaardigd met de bedoeling om de orde in het Noorden van Mali te herstellen. Dit als een reactie op het streven van een etnische stam, de Toeareg, om onafhankelijkheid op te eisen. Deze Toeareg rebellen werden in eerste instantie bewapend en gefinancierd door Frankrijk, om in Libië tegen Khadaffi te vechten. Bij terugkeer wilden zij het Noorden van Mali langs de grens van Algerije afscheiden van de rest van het land om daar de Islamitische Sharia wetgeving in te voeren.

Enkele dagen voor de Franse interventie rapporteerden mensenrechtenorganisaties over willekeurige executies en andere mensenrechtenschendingen door het Malinese regeringsleger en door pro-regering milities. Het gebruik van kindsoldaten en het zaaien van terreur was niet enkel voorbehouden aan de Jihadisten, maar werd evengoed bedreven door regeringstroepen. Deze voorbeelden laten maar al te duidelijk zien dat er een duistere kant zit aan deze oorlog die gerechtvaardigd wordt onder het gebruikelijke vaandel van “mensenrechten” en “democratie”. Het is duidelijk dat de “Goeden tegen de Slechten” retoriek van Westerse politici hier duidelijk niet opgaat.

Het door het Westen gesteunde neo-liberale regime dat was doorgevoerd door president Amadou Tounami Touré had vernietigende effecten op het land gehad. De armoede, precariteit en de werkloosheid waren sterk toegenomen. Het Frans kapitaal kreeg de kans om grote aandelen in de Malinese economie te vergaren. Na de coup zetten de Westerse machten alle hulp aan Mali stil uit angst dat de militaire junta aan hun invloedssfeer zou ontsnappen, wat leidde tot een gigantische toename in de ondervoeding, sterfte en ziekte.

De langdurige sociale marginalisatie van Noordelijk Mali en het gebrek aan investeringen en infrastructuur hebben deze gebieden veranderd in een treurige woestenij van wanhoop. Dit heeft geleid tot een sociale catastrofe die de voedingsbodem vormde voor een netwerk van drugsmokkelende criminele bendes, Jihadisten en militia.

Een van deze groepen staat bekend als “Al-Qaeda in de Islamitische Mahgreb” (AQIM), die fuseerde met de “Libische Islamitische Strijdgroep” (LIFG), die onder leiding staat van de Libische Jihadist Abdelhakim Belhaj. Belhaj werd getraind door de CIA als onderdeel van de door de VS gesteunde Moedjahedien in Afghanistan in de jaren ’80 om tegen de toenmalige Communistische overheersing te vechten. De Jihadisten rond Belhaj vormden later een militie van Berbers die in de bergen ten zuid-westen van Tripoli tegen Khadaffi vochten. De LIFG speelde een sleutelrol in de val van Khadaffi en zijn regime en veranderde Libië in het door burgeroorlog geruïneerde land dat het nu is.

Tijdens de onafhankelijkheidsstrijd van de Toearag in 2012 bundelden zij hun krachten met AQIM. Hoewel de coup werd gepleegd onder het mom dat de Malinese regering de rebellie in het Noorden niet wist te onderdrukken, verloor de militaire junta de controle over de regionale hoofdsteden Kidal, Gao en Timboektoe.

Sanago en zijn militaire junta, die zo goed als geen democratische legitimiteit hebben, verzochten hun voormalige koloniale heer Frankrijk om in te grijpen. Dit zorgde ervoor dat de militaire escalatie in Mali aanleiding werd om de imperialistische doelstellingen van Frankrijk te bereiken onder het vaandel van de “war on terror”. Via deze militaire interventie weet Frankrijk de exploitatie van de vele grondstoffen in de regio (uranium, goud en olie) veilig te stellen ten gunste van haar multinationals en financiële instituties.
Enkel een georganiseerde nationale beweging met een sterk sociaal-economisch programma kan tegenwicht bieden aan het fundamentalisme en het imperialisme in de regio. Enkel de onteigening en nationalisatie van grote bedrijven en agrarisch land kan de volkeren van Mali helpen om de macht in eigen handen te nemen en sociale rechtvaardigheid te behalen. De kunstmatige “natie” Mali zal onafhankelijkheid, zelfbeschikking en soevereiniteit moeten toekennen aan alle etnische en culturele minderheden in de regio. De opbouw van een dergelijke massa beweging mag een verre oplossing lijken voor velen, maar het is de enige weg uit deze alsmaar groeiende nachtmerrie. Enkel in de traditie van sociaal-nationalisten zoals Michel Aflaq, Gamal Abdel Nasser, Moammar al-Khaddafi en anderen zal er een oplossing gevonden kunnen worden voor de instabiliteit en de sectarische strijd in Noord-Afrika.

Peter Stormer



zaterdag 2 februari 2013

Militanitisme voorbij het Zwarte Blok (2)


Over de rol die militanten in de antiglobaliseringsbeweging hebben gespeeld, denk ik dat er enkele dingen overwogen moeten worden door diegenen die hen en hun acties constant bekritiseren:

1. Ik geloof niet dat de beweging een zodanig aanwezige kracht zou zijn in het wereldwijde politieke discours van vandaag de dag, zonder haar meer militante delen. (Aangenomen dat een dergelijke aanwezigheid, onvermijdelijk behaald, gekanaliseerd en in stand gehouden door de corporatieve media iets positiefs is. Ikzelf ben hier niet geheel over uit, maar deze tekst is niet de plek om deze vraag te behandelen.) Waarom werd Seattle zo'n mijlsteen? Een jaar eerder waren er duizenden mensen die in allerhande steden wereldwijd hadden gedemonstreerd tegen de WTO bijeenkomst in Genève. Uiteraard er waren enkele factoren die Seattle speciaal maakte. Het gebeurde in de VS, dat een grote verrassing was aangezien er niet echt een wereldwijd beeld bestaat van Amerikanen die sociaal en ecologisch betrokken zijn. En ten tweede zorgde dit voor gegarandeerde aandacht en verslaggeving vanuit de door de VS gecontroleerde wereldwijde massa media. Er waren zeker indrukwekkende aantallen en een breed spectrum aan groepen aanwezig. Uiteraard. Echter de meeste aandacht werd gefocust op de rellen en mede dankzij dit werd het algemene kennis dat van nu af aan de (on)officiele machthebbers van deze wereld niet langer in staat zouden zijn om te dicteren en dirigeren zonder de inmenging van duizenden vastberaden individuen die zich verzetten tegen de kwade consequenties van hun macht en de manier waarop deze wordt uitgevoerd.  Als men gelooft dat de media tijd die is gebruikt om de rellen te verslaan anders zou zijn gebruikt om de problemen van de protestanten te behandelen, dan vind ik dit nogal naïef.  De militanten hebben geen media tijd van andere protestanten gestolen. Zij hebben media tijd voor de beweging vergaart. Was de verslaggeving meer sensationeel dan inhoudelijk? Uiteraard. Het alternatief was echter niet een diepte analyse over de fouten van het neoliberalisme - het alternatief was geen media aandacht in zijn geheel.

Mijn punten zijn a) dat de militanten een rol hebben gespeeld in de antiglobaliseringsbeweging en hebben geholpen om het te laten groeien als een potentiële revolutionaire kracht, en b) dat de tegenstanders van militante acties vandaag de dag maar al te graag de platformen gebruiken om hun mening te laten horen die juist door die militante acties gebouwd zijn.

2. Het zijn de militanten waarvoor hekken en robocops worden opgeworpen en burgerrechten worden opgeschort, in de naam van veiligheid voor de rijken en machtigen. Vreedzame protesten in de vorm van onaankondigende en onvoorziene massale sit-ins kunnen bijvoorbeeld voor gigantische verstoring en onderbreking zorgen. Hoewel als een continue vorm van protest kan deze makkelijk worden ingedamd (NGO's uitnodigen op bijeenkomsten, vreedzame protesten toestaan, enz.). Ze kunnen ongetwijfeld vervelend zijn voor corporatie-  en overheidsbonzen, maar ze geven hen geen angst. Het zijn de militante kameraden die hen angst aanjagen en het zijn de militanten die de overduidelijke en voelbare muur tussen "hen" en "ons" maken. Een muur die de WTO zich doet terug trekken naar de afgelegen Arabische Golf of die Klaus Schwab zijn WEF een jaar uit Davos doet verhuizen. (Het laatste voorbeeld laat ook zien dat het publiek niet altijd de kant van de meesters kiest tegen de militanten. De meeste Zwitsers ware blij om WEF te zien vertrekken en zij hadden er goede redenen voor. Zij hadden er genoeg van. Niet omdat een paar protestanten een aantal ruiten insloegen in Davos enkele jaren geleden. Nee, omdat het Zwitserse publiek de massale veiligheidsrepercussies als buiten proportioneel zagen en er geen belang bij hadden hun belastinggeld te zien verdwijnen in het beschermen van de wereldwijde politieke en economische elites.)

3. De mediafocus op rellen tijdens grote protesten zorgen er geenszins voor dat mensen zich afkeren. Ik weet dat het eerder nieuwsgierigheid oproept bij sommige mensen die anders niks zouden geven om mensen die spandoeken vast houden en straattheater spelen. Ik weet dat het de symbolische macht van het militantisme is die bepaalde jeugd aantrekt tot de beweging en hen motiveert om protestant te worden. (Wie stelt dat ze deze jongeren niet bij de protesten willen hebben omdat deze enkel gewelddadig zouden worden omdat zij hun woede uiten zonder sociaal bewustzijn, staat op een lijn met de anti-militante vooroordelen van de mainstream die ik eerder heb behandeld. Als deze jongeren enkel komen om hun woede te uiten, waarom doen ze dit dan bij een antiglobaliseringsprotest in plaats van een avondje "flikker meppen" of op een eendenjacht? Daarbij is kwaad zijn meer dan begrijpelijk en te rechtvaardigen bij jongeren die in deze maatschappij opgroeien. Persoonlijk ben ik er blij om dat zij in staat zijn om hun woede te richten tegen socio-politieke oorzaken in plaats van het willekeurig te doen.)

Ten slotte een kort woord over de oneindige beschuldigingen dat de militanten van het Zwart Blok hoofdzakelijk bestaan uit provocateurs en undercover politie en/of niet-politieke relschoppers:

Als je kijkt naar alle mensen die betrokken zijn bij militante protesten wereldwijd in de laatste 30 jaar, dan vind je ongetwijfeld individuen die voor de andere kant werken. Nou en? Een provocateur probeert langzaam je "Critical Mass Friday" of je anti-nucleaire basisgroep te ondermijnen en undercover agenten zijn overal te vinden.

Kan ik zweren dat er geen "alcoholisten", "hooligans" of pure "avonturiers" ooit deel hebben uitgemaakt van een militant protest? Nee dat kan ik niet. Nou en? Mensen zullen zich af en toe bij militante protesten gevoegd hebben omdat zij aangetrokken werden door de kans "hide-and-seek" met de politie te spelen in plaats van door politieke idealen. Gelukkig zijn de militanten geen totalitaire Partij die haar leden telt. Veel jonge fascisten pogo'en graag op de band "Rage Against The Machine". Verliest deze band hiermee haar politieke geloofwaardigheid? Op elke grote antiglobaliseringsbijeenkomst vind je mensen die denken dat abortus moord is, dat de sociale verzorgingsstaat een Stalinistisch gevaar voor de individuele vrijheid is of dat Mexicanen in Mexico horen. Zorgt dit ervoor dat deze bijeenkomsten moreel niet geloofwaardig meer zijn?

Ik kan niet in de hoofden van militanten kijken en dat wil ik ook niet. Ik kan enkel zeggen dat bijna geen van de militante activisten die ik heb ontmoet de laatste 10 jaar voldoen aan de stereotypen waar zij meestal mee geconfronteerd worden. Bijna alle activisten die ik ken en heb gekend waren politiek zeer toegewijd en permanent betrokken in discussies over verantwoording en de morele implicaties van hun acties. De beelden van de typische militant als een ruziezoekende dronken punker of een verwende middenklasse tiener met een zwak om flessen naar de politie te gooien is gewoon nergens op gebaseerd.


Over het Zwart Blok: 

Het "Zwart Blok" is een zeer losse term die verwijst naar wat meestal een netwerk is van verschillende in het zwart geklede en gemaskerde kleinere groepen die zich erop voorbereid hebben om de vernietiging van bezit in te zetten en straatgevechten met de politie aan te gaan, om zo hun politieke stempel te drukken op hun afkeer van de dominante politieke krachten. Zij richten hun woede naar wat zij zien als symbolen, vertegenwoordigers en/of verdedigers van een politiek en economisch systeem dat zij omver willen werpen. 

Hoewel het een terugkerend en redelijk gevestigd recent fenomeen in Noord-Amerika is, gaat de erfenis van het Zwart Blok terug naar de post '68 militante politieke straatoppositie in Europa waar het haar hoogtepunt kende binnen de Duitse kraakbeweging van het midden van de jaren '80. Hier brachten gevechten met de politie met regelmaat honderden, soms duizenden gemaskerde activisten in het zwart op de been, door hun verlangen om in opstand te komen tegen de Staat en de restricties van het Kapitaal op hun ideeën over individuele en collectieve vrijheid. De beruchte Hafenstrasse in Hamburg heeft een grote rol gespeeld om een autonomistische mythe te maken van deze gelegenheden. 

Voor mij bestaat er geen twijfel over het historisch belang en de legitimiteit van het Zwarte Blok in de strijd tegen de macht van de Staat en het Kapitaal. Tegelijkertijd denk ik dat het nog empirisch waar is, noch ideologisch gunstig om het militant verzet te reduceren tot de hedendaagse aanwezigheid, uiterlijkheid en activiteit van het Zwart Blok. 

Ten eerste, in veel gevallen zijn er ook individuen en groepen die niet in het zwart gekleed zijn, noch de intentie hebben betrokken te raken bij militante manieren van protesteren tijdens een bepaalde situatie. Om militante activiteiten te reduceren naar Zwart Blok activiteiten lijkt in deze zin gewoon vals. 

Ten tweede denk ik dat men vandaag de dag bepaalde problemen kan identificeren met Zwart Blok groepen, die niks te maken hebben met militant protest in het algemeen. De balngrijkste problemen in deze context zijn de volgende: 

Sectarianisme: Er zijn Zwart Blok activisten die zichzelf ongetwijfeld als superieur zien in de manier waarop zij de vijand aanvallen ten opzichte van andere protestanten. Elitisme brengt een beweging echter nergens. Boven alles is het een direct gevaar waardoor dingen fout kunnen gaan. 

Machismo: Het verbaal verheerlijken van geweld, meer of minder expliciet suggereren dat pacifisten lafaards zijn of opscheppen over de eigen bereidheid om "de politie aan te vallen" kan al zeer snel zielig en genant worden, of zelfs beledigend en dom. Het lijkt onmogelijk om te ontkennen dat deze neigingen altijd binnen bepaalde Zwart Blok groepen hebben bestaan. 

Ritualisme: Zoals ik heb uitgelegd heb ik in het algemeen geen probleem met de vernietiging van bezit of straatgevechten. Maar ik denk dat, net als bij andere middelen van verzet, zulke activiteiten een politieke betekenis en legitimiteit moeten krijgen door de context waarin zij gebeuren. Ruiten breken en flessen naar de politie smijten voldoet hierbij dus niet. Niet dat ik medelijden heb met een raam of een politie agent, maar zulk agressief gedrag is ongepast bij bepaalde gelegenheden. Als een groep kameraden zich vermaakt met dansen op revolutionaire beats tijdens een streetrave zonder een agent in zicht, dan is het slopen van een raam een ongepaste verstoring van het gevoel van solidariteit. Voor alles is een tijd. Het ritualiseren van het vernietigen van bezit of van straatgevechten met de politie leidt ertoe dat hun betekenis verdwijnt, net zoals ritualiseren dat met alles doet.

De uitstraling van het Zwart Blok: Het is niet te ontkennen dat het Zwart Blok er angstaanjagend uit ziet. Toegegeven in een historisch-politieke context is dit zeker zinvol. Echter zodra dit uit de context wordt getrokken, wordt een zwart kostuum met een masker al snel een uniform dat net zo belachelijk is als elk ander. In ieder geval het nodigt geenszins mensen uit zonder persoonlijke connectie met het Zwart Blok. Ik vraag me dan ook af of het helpt om de grenzen af te breken tussen militante en niet-militante protestanten. 

Trivialisering van geweld: Ik denk dat het Zwart Blok te veel wegkomt met onverantwoordelijk en onvoorzichtig gedrag. Ik zie de meeste acties als verre van willekeurig. Meestal worden de doelen met zorg gekozen en de mogelijke gevolgen van de aanvallen voor anderen goed overwogen. Maar niemand kan ontkennen dat fouten gebeuren - overal dus ook bij de acties van het Zwart Blok. Het probleem is dat zodra er geweld en vernietiging bij betrokken zijn, de gevolgen zeer dramatisch kunnen zijn. Een kleine winkel plunderen, een vijfdehands Mercedes van een arbeidersfamilie of het raken van een kameraad met een fles in plaats van de politie, zijn allen zaken die niet licht opgenomen dienen te worden, maar het komt voor. Toegegeven dit is een onvermijdelijk gevaar van militante protesten in het algemeen, maar nogmaals in de context van schijnbaar verplicht en geritualiseerd geweld dat sommige Zwart Blok groepen vandaag de dag erop na houden, kan dit oplopen tot een problematisch niveau. 

Om duidelijk te zijn: Deze kritieken op bepaalde aspecten van de rol die het Zwart Blok vandaag de dag speelt moeten begrepen worden als een kritiek uit solidariteit. Ik spreek me in het algemeen niet uit tegen het Zwart Blok en ik zou de laatste zijn om de kameraden van het Zwart Blok aan de vijand te verraden. De solidariteit is onaantastbaar. Maar binnen een revolutionair discours over verzet in het algemeen en met name militant verzet, denk ik dat de eerder genoemde aspecten overwogen moeten worden. Met name om het ons toe te staan bepaalde paden van analytisch en kritisch denken te bewandelen die de gelijkstelling van militant protest en het Zwart Blok wellicht niet doet: 

1. Bepaalde aspecten van het Zwart Blok bekritiseren zonder de kant van "de pacifisten" te kiezen.

2. Het Zwart Blok te bekritiseren zonder de kameraden die het vormen solidariteit te ontzeggen. 

3. Om te reflecteren over de mogelijkheid van militant verzet buiten het Zwart Blok.

Neem ze mee!

T. Gee - Vertaald door Vrije Nationalisten NB




vrijdag 1 februari 2013

Militantisme voorbij het Zwarte Blok (1)


Over terminologie: In de context van deze tekst duidt "pacifisme" op tegenstand tegen de vernietiging van bezit en fysieke aanvallen op veiligheidstroepen tijdens politieke protesten. "Geweld" duidt op zulke middelen en "militantisme" duidt op de bereidheid om dit uit te voeren. Met "Zwart Blok" wordt verwezen naar militanten die (meestal in kleine groepen) zich aansluiten bij protesten , gemaskerd,  gekleed in het zwart, soms bewapend en gereedheid om te demonstreren door hun verschijning. 


Sinds de vernietiging van eigendom voor veel media aandacht zorgde tijdens de massale anti-WTO protesten in Seattle, bestaat er een debat binnen de antiglobaliseringsbeweging over de legitimiteit en bruikbaarheid van militant verzet dat wordt ingezet in de strijd tegen de politieke en corporate machten die ons leven beheersen. Vaak blijven deze debatten hangen in pragmatische of ideologische confrontaties tussen pacifistische en niet-pacifistische benaderingen van verzet en meestal wordt het Zwart Blok gezien als de opstandige entiteit die het non-pacifisme vertegenwoordigt.

Deze korte tekst is een bescheiden bijdrage in het debat over de deugden (of ondeugden) van de vernietiging van eigendom en straatgevechten met veiligheidstroepen. De belangrijkste doelen zijn a) het recht te verdedigen van niet-pacifisten in het algemeen om te protesteren, b) om bepaalde hedendaagse aspecten van de cultuur van het Zwarte Blok te bekritiseren en daarmee c) verder te gaan dan een exclusieve connectie van militant protesteren naar Zwarte Blok tactieken. Ik hoop dat een dergelijke benadering kan helpen om de problemen die op het spel staan hier in een meer complexe manier te bediscussiëren.

Over de vernietiging van bezit en militantisme tegen orde in het algemeen:

De meest voorkomende kritiek die militante activisten meestal te horen krijgen is dat zij een bende van relschoppers, alcoholisten en professionele hooligans zijn met weinig (tot geen) ideologisch bewustzijn. Zij zouden geen vermogen tot organisatie hebben, geen serieuze politieke agenda hebben en geen echte politieke doelen, laat staan een idee over hoe men effectief een rechtvaardige samenleving van gelijken kan introduceren. De activisten worden ervan beschuldigd het kapitalisme niet te mogen omdat zij verliezers zijn, zij willen niet werken omdat zij lui zijn, zij mogen de politie niet omdat ze autoriteitsproblemen hebben of dat zij stenen gooien omdat zij geen hersens hebben. Kort gezegd  militante activisten zouden hetzelfde als voetbalhooligans zijn, die zich vermommen als anarchisten met grappige kleren en kapsels, maar enkel meedoen vanwege het geweld en niets anders.

Dat de gevestigde orde en de bourgeoisie zo'n beeld schetst is tot daaraan toe. Keer op keer is het vervelend, maar wat verwacht men anders? Meer storend is het feit dat het beeld dat over het Zwarte Blok wordt geschetst door vele "alternatieve", "linkse", "kritische" en zelfs zelfverklaarde "radicale" groepen en individuen vaak niet veel hiervan verschilt. In sommige verklaringen van pacifistische activisten na Seattle - op internet, in de kranten van de beweging en in persberichten aan de media - leek het erop dat de gemaskerde jongeren met gescheurde kleren en katapults in hun zakken hun grootste vijanden waren geworden; de corporate bonzen en regeringsleiders bleven buiten beeld. En na praktisch iedere grote anti-WTO, - G8 of -EU conferentie horen we dezelfde repeterende dis-associaties tegen de "gewelddadige" protestanten, dezelfde morele pogingen om hen te disciplineren alsof zij gemene, eigenwijze kinderen zijn. We horen dezelfde klachten over hoe zij wederom een protest hebben verstoord dat anders groots zou zijn geweest en hoe zij de toekomst van de beweging op het spel zouden zetten die zoveel vooruitzicht zou bieden op echte verandering. Een groot deel van de antiglobaliseringsbeweging, zo lijkt het, wil koste wat het kost militante activisten uit hun rijen weren. Zij willen hen in diskrediet brengen als serieuze politieke activisten, hen kameraadschap weigeren, hen het recht ontzeggen om zich te verzetten op de manier zoals zij zich willen verzetten en willen hun bijdrage aan de anti-neoliberale zaak niet accepteren. 

Ik ben zeer tegen deze sentimenten. Ik denk dat deze een combinatie vormen van onwetendheid, vooroordelen en eigengerechtigheid die zowel oneerlijk als kortzichtig zijn. 

Het gaat er niet om militante protestanten tot de avant-garde der bevrijding uit te roepen en hun methodes aan te wijzen als de enige van echt revolutionair karakter. Ik deel deze mening niet en ik ben het niet eens met kameraden die stellen dat het een defensieve reactie is op de permanente kritiek die zij van pacifistische activisten krijgen. Het heeft niets te maken met zelfmedelijden of huilen omdat men oneerlijk behandeld wordt als slachtoffers van een heksenjacht. Ik begrijp en respecteer dat mensen problemen hebben met militant protesteren, ik snap dat er problemen zijn met de houding van sommigen, dat er onverantwoordelijk en kinderachtige gedrag voorkomt en dat er bepaalde gevaren samen hangen met het gebruik van geweld als een legitiem politiek middel (meer hierover later). 

Toch denk ik dat militanten een legitieme kracht zijn binnen de radicale politiek en het zou mooi zijn als dit geaccepteerd en beaamd werd door activisten die verschillende vormen van verzet voorstaan. Met name omdat ik veel sympathie voel voor individuen die zich al bezig houden met militante vormen van protest en ik vind het meer gepast om hen te respecteren dan hen te demoniseren binnen de bredere context van de nieuwe sociale bewegingen. Ook omdat ik oprecht denk dat militante tactieken een positieve bijdrage kunnen leveren aan bewegingen die breed en divers van natuur zijn en dat zij dit in het geval van de anti-globalisatie campagnes al leverden. 

Mijn visie op militant protest kan wellicht het beste uitgelegd worden door te verwijzen naar mijn begrip van ethiek. Ik geloof niet dat ethiek over het vinden of introduceren van universele en algemene regels van gedrag gaat. Het gaat over het reflecteren op de socio-ecologische gevolgen van onze dagelijkse acties en het maken van concrete morele beslissingen die hierop gebaseerd zijn. Dus de grote vraag hier is of er goede morele redenen zijn voor iemand om zich te onthouden van het ingooien van de ruiten van MacDonalds, zelfs als hij of zij dat wilt. Of is er een morele reden om je te onthouden van een gevecht met de politie met fysieke middelen. En eerlijk gezegd ken ik geen van dat soort redenen. In het eerste geval gaat het om een raam dat bezit is van een corporatie die dagelijks miljoenen dollars verdient en volledig verzekerd is. Wat is nu het probleem hier? Bij het tweede geval snap ik simpelweg hoe de vaak brute en compromisloze verdediging door de quasi-militaire politie eenheden van een destructief globalistisch en economisch systeem een reactie kan uitlokken die verder gaat dan pacifistische modellen. Misschien is het deugdzaam om niet-gewelddadig te blijven als men bedreigd wordt met waterkanonnen, traangas of rubberen kogels, maar dat maakt een militante reactie niet minder deugdzaam in mijn optiek . (Toegegeven dit moet zaak van zaak bekeken worden, Ik heb uiteraard wel problemen met het plunderen van kleine winkels of anderen in gevaar brengen door ongecontroleerd te rellen. Maar het feit dat individuele activisten hun eigen individuele lijnen moeten trekken, maakt de symbolische ontheiliging van corporatief bezit of het gooien van spullen naar semi-militaire politie eenheden nog niet problematisch.) 

Het mag duidelijk zijn dat pacifistische activisten geloven dat er goede morele redenen zijn om zich te onthouden van zulke activiteiten. Sommigen van hen verwijzen naar een sterke morele code, vaak een strikte versie van wat zij begrijpen als een vorm van compromisloos pacifisme. Ik heb geen belang om mijzelf te mengen in een debat over wat pacifisme en geweld respectievelijk zijn. Ik beschouw een dergelijk debat niet als relevant voor deze tekst, omdat ik al bezwaar heb gemaakt tegen ethiek die zich centreert rond (statische, universele) morele codes, of deze nu pacifistisch zijn of niet. Ik vind mensen die pretenderen in een lijn te staan met de morele waarheid veel angstaanjagender dan jongeren die hun gezichten verbergen achter sjaals om iets in een winkelcentrum te slopen. Ik heb oprecht respect voor pacifistische vormen van protest, maar ik verwacht eveneens van de zelfbenoemde pacifisten om andere vormen van politiek protest te respecteren die onder hun definitie van geweld vallen. Diversiteit heerst. Het maakt mij ook niet uit of de vernietiging van bezit gewelddadig is, enkel of militante activisten moet worden toegestaan het te beoefenen binnen de context van een bredere sociale beweging. Ik denk dat dit mogelijk moet zijn. En geen enkele universele morele code kan mij van het tegendeel overtuigen, omdat het moeilijk is om mij te overtuigen met niet-legitieme en potentieel gevaarlijke abstracte constructies. 

Waarschijnlijk worden militanten echter niet bekritiseert voor hun gebrek aan morele rechtvaardiging, maar vaker voor hun politieke contra-productiviteit in de context van de hedendaagse globalistische politiek, dit geld met name voor de antiglobaliseringsbeweging. Ik neem deze tactische kritiek veel serieuzer dan de ideologische kritiek. Een van de belangrijkste argumenten is dat militanten slechts een kleine minderheid binnen de beweging vormen maar de meeste media aandacht krijgen vanwege hun vermogen om kansen te bieden voor sensationele berichtgeving over het protest, waardoor de publieke opinie verstoord wordt en het publiek niet ziet wie de protestanten nu eigenlijk zijn en wat zij echt willen. In plaats van bezorgde, maar nette burgers die opstaan voor sociale rechtvaardigheid, burgerrechten en bescherming van het milieu, die de wereldleiders verantwoordelijk houden, ziet het publiek een bende gekken die kicken op het kapot maken en verbranden van dingen. Dus de militanten versluieren de problemen met geweld. In plaats van debat over de reden waarom men protesteert  blijven de media en het publiek hangen bij beelden van straatgevechten. Uiteindelijk brengen de militanten de gehele beweging in diskrediet. Dit heeft enkele gevolgen: 1. De militanten geven de vijand een excuus om het niet te hebben over de problemen die de protestanten aan de kaak stellen: "Wij geven niet toe aan terrorisme!" 2. De militanten vervreemden het publiek van de beweging: wat anders zou groeien, kan nu uit elkaar vallen vanwege de roekeloosheid van enkele onverantwoordelijke baksteen fetisjisten  3. De militanten geven de veiligheidstroepen van Babylon een excuus om de beweging als geheel hard aan te vallen: politiegeweld op demonstraties, dagelijkse surveillance bij eenieder met een kritische geest en wellicht neo-McCarthynisme. 

Door een lijn te trekken tussen reformistische en revolutionaire politieke agenda's kan ik laten zien hoe ik denk over deze manier van denken:

In een reformistische context ben ik ervoor om (op zijn minst enkele van de) bovenstaande argumenten te overwegen. Als je doel sociale zekerheid voor arbeiders is, de bescherming van natuurgebieden, publieke controle over multinationale corporaties,  transparantie van het regeringsbeleid, een stop voor de permanente uitbreiding van het militaire complex of voor meer subsidie voor educatie en kunst (enzovoorts), dan zul je ongetwijfeld over deze tactieken moeten denken. Je wilt immers veranderingen binnen het systeem, dus speel je het spel volgens de regels. Eerlijk genoeg. Ik ben oprecht van mening dat tactische overwegingen soms belangrijk zijn, net zoals campagnes binnen het systeem soms belangrijk zijn, aangezien de hiervoor vermelde doelstellingen eerbaar zijn en het systeem potentieel duurzamer maken voor bepaalde individuen en/of gemeenschappen voor enige tijd. Net zoals ik vind dat militante activisten een eigen verantwoording hebben om hun eigen morele grenzen aan hun tactieken te stellen, vind ik ook dat zij een verantwoording hebben om niet mogelijk succes in reformistische campagnes op het spel te zetten door mogelijk ongepaste militante actie. Echter zoals eerder gezegd moet dit van zaak tot zaak bekeken worden en de verantwoording ligt bij de activist alleen. Op geen enkele manier staat dit in de weg van het algemeen revolutionair recht voor militante actie dat ik hen toe ken, noch betekent dit dat anderen hun adviseurs moeten te worden. 

Echter vanuit een revolutionair perspectief lijken de bovenstaande argumenten erg zwak:

Reputatie en media beeld? Weg ermee, ik dacht dat we geen Calvin Klein waren die zoveel mogelijk ondergoed probeert te verkopen via professionele manipulatieve marketing en PR campagnes. Wiens definitie van "respectabele" activisten zouden we moeten volgen? De New York Times? Oprah Winfrey? Tipper Gore? 

Een sympathieke inhoudelijke media verslaggeving? Dat geloof je toch zelf niet? Ik denk dat hier niet veel over gezegd hoeft te worden.

Het publiek vervreemden? Ten eerste, revolutionaire geesten worden niet vervreemd door enkele jongeren die stenen gooien. Ten tweede wat betekent deze notie? Impliceert dit niet een activistische avant-garde met een superieur sociaal bewustzijn wiens historische taak het is om de massa's te onderwijzen in plaats van hen te vervreemden? Hebben de massa's zelf geen wil en hersens? Als je mensen op TV politieauto's op hun kant ziet gooien en in de brand ziet steken, zou je jezelf dan niet afvragen waarom ze dat deden? En als die actie onderdeel was van een grote demonstratie waaronder duizenden vreedzame demonstranten, zou je jezelf dan niet afvragen wat de verschillen tussen hen waren? En waar de demonstratie nu eigenlijk over ging? En wat de verschillende groepen te zeggen hadden over hun motivaties en acties? Ja, waarschijnlijk zou je jezelf deze vragen stellen. Dus waarom zouden de massa's dit niet doen? Hebben zij niet de juiste kwaliteiten om een mening te vormen? Wie is hier de elitist? 

De dialoog met de vijand onmogelijk maken? Ik wil niet praten met Bill Gates of George W. Bush. Ik wil dat ze hun spullen pakken en oprotten. 

Een inval provoceren bij iedereen die bij de beweging betrokken is, ongeacht of deze vreedzaam of reformistisch zijn? Toegegeven, dat is een mogelijkheid en niet een die lichtelijk moet worden opgenomen. Echter als je revolutie nastreeft, wat wil je doen? Indimmen elke keer als de Staat haar lelijkste gezicht laat zien brengt ons nergens. En als een agent een vreedzame protestant neer knuppelt "omdat iemand een steen gooide", dan is het nog steeds de agent die met de knuppel zwaait en niet de kameraad die met de steen gooide. 

T. Gee - Vertaling door Vrije Nationalisten NB