dinsdag 3 januari 2012

Nationalisme en Klasse: Verzet tegen het Internationalisme

Dat de moderne etnisch nationalistische en anti-globalistische verzetsbeweging een uitgesproken klassenkarakter heeft valt moeilijk te ontkennen. Het is een simpel feit dat de Europese nationalistische bewegingen grotendeels bestaan uit de werkende klasse en lage middenklasse die de ideologische arrogantie trotseren van een mondiale elite die de internationalistische ambities van het moderne wereldkapitalisme behartigt. Nationalisme vindt zijn kracht in diegenen die zijn verdreven door deze nieuwe orde van wereldwijd kapitalisme. Dit is een overwelmende meerderheid van arbeiders en kleine ondernemers die niets te winnen hebben bij internationalisatie. Als resultaat hiervan hebben diegenen die wel winnen bij de tirannieke macht van het internationaal kapitaal getracht de stemmers van modern links te mobiliseren. Zij worden ingezet om de enige middelen te vernietigen waarmee sociale samenwerking en politieke mobilisatie mogelijk is; namelijk etnisch nationalisme en de heropbouw van de culturele samenleving.

Wie zegt dat sommige fenomenen een “klassenkarakter” hebben zegt dat het een belangrijk economisch component heeft. Het zegt echter niet dat alles simpelweg terug te herleiden is naar klasse of dat klassenstructuur gebruikt kan worden om politieke fenomenen in zijn geheel uit te leggen. Niets is in zijn geheel te reduceren naar klasse of een ander simplistisch stempel dat de moderne sociale wetenschap heeft uitgevonden. Het moderne etnisch nationalisme heeft echter een complex startpunt dat haar een dreiging voor de hedendaagse kapitalistische wereldhegemonie maakt. Het biedt namelijk een reactie tegen het overheersend wereldwijde systeem van vrijhandel en haar binnenlandse sociale reorganisatie. Wanneer het internationaal kapitaal de natie en hun moreel bestaan als onafhankelijke entiteiten omver wil werpen dan zullen de klassen die slachtoffer worden van dit proces teruggrijpen naar het idee van de natie als middel van vergelding. Wat men eerst als een vanzelfsprekendheid zag wordt nu een politieke noodzaak. De objectieve realiteit van natieschap en cultuur krijgt hiermee haar subjectieve kracht.

Nationalisme kent een krachtig economisch component en omvat daarom een uitgesproken klasse component. Internationale vrije handel heeft het leven van miljoenen arbeiders en gehele gemeenschappen verwoest die afhankelijk waren van een bepaalde manier van economisch leven. De geïsoleerde consument heeft de actieve burger en de etnische gemeenschap die hem voedt vervangen. De “gemassificeerde mens” heeft geen enkele controle over de werking van de mondiale economie. Hierdoor wordt de transformatie van burgers naar consumenten accuraat begrepen als een functie voor politieke dominantie. Gehele gemeenschappen worden uitgeroeid wanneer bedrijven naar ontwikkelingslanden verhuizen in een zoektocht naar goedkope en meer gewillige arbeidskrachten. De kapitalistische elite heeft eveneens geëxperimenteerd met het importeren van goedkope arbeidskrachten om de werkende klasse in eigen land te vervangen. Zij werken niet enkel goedkoper maar zijn eveneens moeilijk om te organiseren vanwege de grote linguïstische en culturele barrières. Belangrijker voor het systeem is dat hun aanwezigheid de werkende klasse zal blijven verdelen door etnische verschillen en culturele tegenstellingen die elke vorm van politieke organisatie onmogelijk maakt. In andere woorden; de economische strijd krijgt een nationaal karakter terwijl de nationale strijd een klassenkarakter krijgt. Terwijl kapitalisme de massale invoer van culturele vreemdelingen gebruikt om de solidariteit onder de werkende klasse tegen te gaan dan wordt de modern linkse visie op economie irrelevant omdat zij de nationale, etnische en culturele aspecten van internationale economische organisatie negeren.

Om de natie te laten integreren in de nieuwe economische orde van vrijhandel en mondiaal bestuur moet de etnische samenstelling van een land eveneens aangepast worden. Dit is de cruciale connectie die modern links weigert te maken. Het is niet in het belang van het internationaal kapitaal om etnisch nationalisme te tolereren om de reden dat zij streeft naar een wereld zonder grenzen dat leidt tot de maximalisatie van consumptie in een gestandaardiseerde vorm en wat leidt tot makkelijke marketing. Het resultaat daarvan is dat etnische homogeniteit tot het verleden gaat behoren. De kapitalistische elite eist een mondiale invoering van het multiculturalisme als de semiofficiële nationale heersende ideologie. De moderne ideologieën van het multiculturalisme stammen direct af van de politieke en sociale eisen die het international kapitaal stelt. Simpel gezegd; het internationaal kapitaal kan niet goed functioneren als volkeren een sociale cohesie hebben binnen hun eigen culturele structuur. Multiculturalisme is dan ook een wezenlijk onderdeel van de marketing structuur van het internationale kapitalisme. Wanneer de wereld een grote marktplaats wordt zonder rekening te houden met etnische diversiteit of natie, dan wordt nationalisme de dodelijke vijand van het geïnternationaliseerde kapitalisme. De meest efficiënte marketing is de standaardisatie van de markt zelf, wat feitelijk neerkomt op de wereldwijde standaardisatie van smaak, etniciteit en moraal.

Het resultaat hiervan is dat nationalisme – de wil om het locale en etnische terug te eisen – een klasse vooruitzicht ontwikkeld vanwege de klassennatuur van het economische systeem van overheersing. Vanuit een puur economisch standpunt is het voor de benadeelde groepen overduidelijk dat zij niks te winnen en alles te verliezen hebben binnen de mondiale economische plantage die de nieuwe elite ons oplegt. De werkende klasse weet dat het bestaan van een vrijhandelsregime en een competitie met ontwikkelingslanden – binnen en buiten het eigen land – hun economische veiligheid aantast. Het gebruik van culturele vreemdelingen en ontwikkelingslanden om winsten te maximaliseren en elke mobilisatie van de werkende klasse te elimineren voegt een nationaal element aan het economische toe. Managend personeel beseft goed dat als megacorporaties consolideren, het lagere management en administratieve functies als eerste zullen verdwijnen. Kleine ondernemers zijn zich ervan bewust dat als de megacorporaties een marktaandeel willen deze kleine ondernemers als “overbodig” en “inefficiënt” worden beschouwd en daarom geëlimineerd zullen moeten worden. Met andere woorden; elk kleinbedrijf wordt vernietigd door de megacorporatie. Deze megacorporaties krijgen hierdoor automatisch een groter aandeel in de markt. Kleine ondernemers en het management van conglomeraten zijn niet van dezelfde klasse en evenmin delen zij politieke denkbeelden. Zij zijn inherent tegenstanders. De natuur van de globalisering betekent voor alle slachtoffers van internationalisatie, dat het economische doordrenkt is met het nationale aspect.

Modern links heeft al enkele decennia haar hoofd in het zand gestoken met betrekking tot een objectieve klassenanalyse in relatie tot nationalisme. Zij hebben een voorspelbare coalitie gesloten met de megacorporaties en lobbyen voor meer immigratie en meer multiculturalisme. Daarmee heeft modern links het vuile werk opgeknapt voor het internationaal kapitaal door de noodzaak voor culturele gemeenschappelijkheid te ontkennen en zo gewillig mee te werken aan de politieke verandering die de nieuwe kapitalistische elite doorvoert. Hiermee heeft zij alle pogingen om de levens van de werkende klasse te verbeteren gesaboteerd door verdeeldheid en economische dislocatie actief te steunen. Het is overduidelijk waarom de kapitalistische elite zich de afgelopen decennia heeft bekeerd tot het linkse multiculturalisme en haar op alle gebieden financieel ondersteunt. Het is economisch gezien immers efficiënter om in een oppervlakkige mondiale samenleving te handelen en maar een enkele mondiale markt te hebben in plaats van producten te slijten aan letterlijk duizenden verschillende nationale groepen. Als bedrijven hun winsten en marktaandeel willen maximaliseren dan moeten de verschillen tussen mensen verdwijnen, een wereldregering wordt noodzakelijk. Hieruit volgt dat alle vormen van etnisch nationalisme zullen moeten worden geëlimineerd. De sociale theorie van het nationalisme stelt als een van haar belangrijkste voorwaarden dat iedere vorm van sociale samenwerking tot stand komt - en behouden wordt - door substantiële en belangrijke culturele, linguïstische, etnische en morele overeenkomsten. Een individu ontwikkelt zich binnen een dergelijke omgeving op een manier waarop hij zichzelf in de ander herkent. Dat gevoel heeft in de geschiedenis door nationalistische agitatie gehele imperia ten val gebracht. Het wist naties eeuwenlang bij elkaar te houden ondanks vele obstakels en bedreigingen. Economie en klassen als op zichzelf staande fenomenen hebben niet de kracht om dit soort kracht en samenwerking te realiseren. Enkel in relatie tot het nationalisme kunnen deze hun volledige kracht benutten en verzet bieden tegen het systeem van de internationalistische elite.

Met dank aan NSP

Geen opmerkingen:

Een reactie posten